De juiste gereedschappen
Bij het klussen zijn de juiste gereedschappen vaak bepalend voor het al dan niet slagen van de klus.
Deze wetmatigheid blijkt ook toepasbaar bij het oplossen van grote problemen.
Er ligt weer een flinke stapel "goede" repen opgehoopt in mijn chocoladevoorraadkast. Dit "goede" slaat op het doel dat de maker nastreeft, anders dan een lekkere reep te zijn.
Die goede doelen maken zich kenbaar door de haast niet meer te ontlopen certificaten en symbolen op chocoladerepen. De meestvoorkomende zijn UTZ, Rainforest Alliance (die zijn nu gefuseerd) en natuurlijk het Fair Trade symbool.
Maar zijn ze zinvol, deze regenwouden aan goededoelencertificaten op je reep?
Het antwoord op deze vraag werd deze maand gegeven door MSI Integrity, een onderzoeksgroep verbonden aan de Harvard Law School. MSI's (multi stakeholder initiative) zijn dus die organisaties waarin verschillende belanghebbenden (producenten, industrie, overheden, vakbonden) samenkomen om tot regulering, en dus vaak certificering, van misstanden of conflicten in markten te komen.
Deze onderzoeksgroep publiceerde een dik rapport waarin zij de effecten van veertig van deze MSI's (ik noem ze goededoelenorganisaties) onderzochten. Hieronder dus Fair Trade, UTZ en Rainforest Alliance, maar ook Bonsucro, de certificatie voor rietsuiker.
Het onderzoek richte zich op de mate waarin de mensenrechten in het geding waren.
De behaalde resultaten over de afgelopen dertig jaar zijn niet anders dan zwaar teleurstellend te noemen. Wie het rapport wil lezen adviseer ik er een lekkere reep bij te pakken om de goede moed erin te houden.
Kort samengevat staat erin, dat een MSI simpelweg niet het geschikte gereedschap is om mensenrechten af te dwingen. De structuur van deze organisaties blijkt niet in staat de belangen van kleine producenten te verdedigen en ook niet noodzakelijke veranderingen in de industrie af te kunnen dwingen.
Om de mensenrechten toegepast te krijgen, stellen zij, hebben alleen overheden, zowel die in de producerende (zuidelijke), als in de verwerkende (noordelijke) landen, de aangewezen instrumenten. Maar zowel in het noorden als het zuiden gebruiken overheden deze MSI met hun certificaten vaak als een afleidingsmanoeuvre en excuus om problemen niet aan te pakken. Alsof met de komst van een organisatie en een label het probleem ook is verdwenen.
Effectief blijken deze goede doelen repen dus niet, wel blijkt dat de consument er veel vertrouwen in heeft.
Ik ga maar eens goede doelen consumeren.
Uit Amerika komt het merk Endangered Species Chocolate, zij voeren onder andere het Fair Trade label.
Dit bedrijf geeft 10% van hun winst aan organisaties die bedreigde dieren beschermen. Leuk is dat ze aan elke soort reep een diersoort koppelen en daarover info aan de binnenkant van de verpakking schrijven. Zo heb ik de Oat Milk Dark Chocolate 55%, gekoppeld aan de grévyzebra en de Oat Milk Sea Salt & Almonds Dark Chocolate 55% waaraan de hommel gekoppeld is.
Over de cacao kunnen we kort zijn: fair trade of niet, hij komt uit Ivoorkust en zal dus CCN 51 zijn. Hoe smaken deze dark milk chocolades, is de havermelk te proeven?
De Oat Milk 55% is een vrij zachte reep met een wat mat uiterlijk. Hij breekt zonder krak en kruimelt behoorlijk. De geur van kokos en suiker overheersen. Zonder erop te letten valt de reep in stukjes uiteen in mijn mond. Na een vrij weeïge vetsmaak in het begin komt dan toch de chocoladesmaak opzetten en krijg ik even de indruk dat er noten in verwerkt zijn. Deze afleiding verflauwt gauw en het blijkt dus de havermout te zijn. Het mondgevoel wordt ook sterk door de havermelk beïnvloed, een dikkige meelpulp vult mijn mond en de havervlokken zijn bijna voelbaar. Vegan is niet altijd lekker.
Dan de reep met de amandelen en zeezout erin: qua uiterlijk geen verschil, alleen zie je soms wat lichte stukjes van de amandelen. De geur is wat droger, hier geen kokos, maar herkenbaar haver. Bij het proeven zorgt het zout ervoor dat het weeïge begin invulling krijgt. De amandelstukjes voegen behalve een crunchy effect nog iets toe aan de notige smaak van deze chocolade.
Dan ligt voor me de Alter Eco Deep Dark Salted Brown Butter reep. Alter Eco is een merk van Wessanen, de producent die zich nu geheel op biologische en verantwoorde producten richt, maar wiens historie een plaatsje rechtvaardigt in mijn vorige blog over Nederlandse cacaoproducenten en hun link met het Surinaamse slavenregister.
De verpakking vertelt me dat ik meehelp tropisch regenwoud in Peru te redden. De cacao die gebruikt is komt uit Ivoorkust, de reep is in Zwitserland gemaakt.
Deze 70% reep is mooi donker van kleur, hij glanst en breekt met een lichte krak. In de geur herken ik vanille, maar ook wat muffig nat hout. Smelten doet deze reep prima. Het zout accentueert vreemd genoeg in deze reep het zuur dat wel wat kunstmatigs heeft zoals in sommige winegums. Bij een tweede stukje wordt de smaak toch wat bitterder en proef ik een sterk gebrande koffie. Waar de brown butter zich in laat herkennen is mij onduidelijk. Vettig is de reep wel. De nasmaak is droog en zoet.
Uit Engeland komt de reep van Seed and Bean. Dit merk, dat een rij aan certificaten gebruikt, heb ik al eens eerder besproken. Voor deze Extra Dark Chocolate 72% reep hebben ze biologische Trinitario cacao uit de Dominicaanse Republiek gebruikt. De gladde glansende reep ruikt een beetje naar framboos en naar droog zaagsel. Bij het smelten vind ik de smaak meer aardachtig van karakter, een beetje een doffe natte grondsmaak. Niet onaangenaam, maar ook niet spectaculair. Het beste wat ik erover kan zeggen is, dat ik verbaasd ben dat hier vanille is gebruikt, terwijl die smaak me nu niet stoort. Een hele prestatie.
Tot slot van de Duitse maker Vivani de 85% Santo Domingo reep. Dit merk heeft zijn eigen labels in het leven geroepen. Ja, dat kan ook.... Bij het lezen van de website en de uitleg van zijn label valt me op, dat deze maker veel goeds doet, maar ook sterk de behoefte voelt zijn christelijke motivatie te verkondigen. Wat de cacao betreft hier dus een preciezere plaatsbepaling op de Dominicaanse Republiek dan bij de vorige reep, maar dan weer geen soortvermelding. Laten we ook maar van een Trinitario cacao uitgaan.
Donker van kleur en mooi glansend breekt deze reep met een strakke krak. De geur heeft het zoete van gebrande amandelen, maar ook het verstikkende van kunstmatig kokosaroma. Het smelten voelt zeker aangenaam in de mond en heeft iets verkoelends over zich. De smaak komt niet meteen los, om dan plotseling een diepe duik in een bittere koffie te nemen. In de koffie zit duidelijk ook mokka en achter op mijn tong ligt een strook stoffige karamel. Zoeter dan ik dacht en zonder aanvullende frisheid zou ik deze reep ook maar in de schappen laten liggen.
Facit vanuit een chocoholicperspectief. Deze vormen van zelfkastijding kunnen alleen blijven bestaan vanuit de diepe wens goed te doen. Echter, slechte chocolade eten voor de mensenrechten of een eerlijke handel blijkt niet het juiste gereedschap te zijn om je doel te bereiken. Wil je deze goede doelen, mensen of dieren ondersteunen, maak dan geld over en koop daarna andere, lekkere chocolade.
Reacties
Een reactie posten