Bonbons; als chocolade niet genoeg is

Het blijft mij verbazen hoe graag mensen bonbons eten. Een reep goede chocolade mag niet te duur zijn, maar aan bonbons wordt, zeker met de feestdagen, flink wat uitgegeven.
Veel bonbons zijn fabrieksproducten. Nou zal ik de dozen van Godiva en Rocher hier niet gaan bespreken, maar ook bij veel bakkers of delicatessenwinkels liggen de vitrines vol met industrieel vervaardigd snoepgoed.
Daarbij hoef je niet meteen aan reuzebedrijven te denken. Deze markt kent best een aantal middelgrote spelers, bijvoorbeeld: Geruba Chocolade of Da Vinci Bonbons.

Op begrippen als "met de hand" of "handmatig" en "industrieel" is altijd een soort van glijdende schaal van toepassing. Wanneer je iets maakt dat lekker is en goed verkoopt kun je je daarin specialiseren. De vraag neemt toe en je moet uitbreiden om daaraan te voldoen. Vaak komt er dan een moment waarop het productieproces concessies aan het eindproduct afdwingt. Wat mij betreft heb je dan het pleit verloren. Maar ook al eerder op die glijdende schaal zou ik vraagtekens willen zetten.
Een van de valkuilen van het op grotere schaal voedsel produceren is de zogenaamde constante kwaliteit. Hierachter schuilt het idee dat de klant geen smaakafwijking accepteert en dit dwingt de producent tot standaardisering. Natuurlijke grondstoffen zullen echter altijd smaakverschillen hebben. Hoe er met deze tegenstelling wordt omgegaan is bepalend voor hoever je eindproduct industrieel wordt. Proeven, steeds weer proeven zou ik willen zeggen.
In schril contrast hiermee staat de nijvere ambachtsman die werkelijk zelf creëert. Jawel, ze zijn er wel degelijk. Al moet ik hier als chocoholic opmerken dat bij veel chocolatiers de keus van de chocolade wel wat slap is. Zo kon ik op het Chocoladefestival Zutphen maar één chocolatier vinden die niet Callebaut cacao gebruikte. Als je hierbij optelt dat soms ook de vullingen als halffabricaat en de gebruikte vormen standaard zijn ingekocht, krijg je toch een wat treurig beeld van de chocolatier als samensteller in plaats van de creatieveling.
Maar niet getreurd, ik ga op zoek naar lekkere bonbons al dan niet met de hand gemaakt. Het is een zware taak, maar iemand moet het doen!
Ik heb van mijn hofleverancier Sweet Sisters een selectie van de Da Vinci Bonbons gekregen. Daartegenover zet ik de bonbons die ik bij Dr. Chocolate kocht.
Voor mij springt bij de Davinci bonbons de framboos en de yuzu eruit. Deze hebben door hun zurige fruitsmaak echt een contrast met het zoet van de bonbon. De puur/hazelnoot is ook goed, want niet te zoet. Teleurstellend is voor mij de rode peper. Al weet ik dat de rode peperbes geen echte peper is, ik verwacht toch iets meer bite. Vooral omdat peper en chocolade een klassieke combi is.
Bij Dr. Chocolate waren op het moment dat ik langskwam maar twee smaken voorradig. Ik proef dus de kokos/mango. De vulling is hier van kokosrasp gemaakt. Wat best gevaarlijk is, want kokosrasp kan ook makkelijk een bittere bijsmaak krijgen. Hier zit de doctor nog precies goed en met wat frisse mangomousse erdoorheen gewerkt blijft het net fruitig genoeg. Wel een wat zwaardere hap. Zijn hazelnoot/praline bonbon zal zeker bij de Rocher-fans enthousiast ontvangen worden. De stukjes noot zijn precies groot genoeg gebleven om een crunchy effect te hebben.

Het seizoen is weer geopend, volgende week meer bonbons.













 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Marketing en strategie

Choco-praat: Wouter Tjeertes, vijf jaar Pure Chocolate

Ghana, of de chocolatier zonder cacao