Chocolade: feestdagen, plaatsen en historie

Het zijn toch vooral België en Zwitserland die bij het grote publiek als chocoladelanden naam hebben gemaakt. Wie zich voor chocolade interesseert weet dat deze landen natuurlijk hun plaats in de geschiedenis hebben verdiend, maar zeker niet de enige zijn die hun steentje aan de ontwikkeling van de reep hebben bijgedragen.
Ook Nederland vind je in elk chocoladegeschiedenisboek terug. Het was namelijk Coenraad Johannes van Houten die met het persen van cacaoboter uit de cacaobonen en het daarbij ontstaan van cacaopoeder een essentiële stap maakte naar wat uiteindelijk een chocoladereep zou worden.
Echter de geschiedenis van cacao is weerbarstig en zo komt het dat wij deze week weer Wereld Chocoladedag vieren op 13 september. De reden waarom deze dag hiertoe is uitgeroepen is omdat Milton S. Hershey in 1857 op deze dag werd geboren. Dat behalve aan de verspreiding van industrie-chocolade in Amerika deze man verder geen grote bijdrage aan de ontwikkeling van het product chocolade heeft geleverd mag de pret niet drukken.
Wie een meer Europese aanleiding zoekt om chocolade te eten moet wachten tot 7 juli, want ook deze dag maakt aanspraak op de titel Wereld Chocoladedag. Dat zou namelijk de datum zijn waarop in 1550 cacao aan het Spaanse hof werd geïntroduceerd en daarmee zijn entree in Europa maakte.
Beide data zijn leuk, maar doen weinig recht aan de duizenden jaren cacaogeschiedenis die Midden- en Zuid-Amerika hebben.
Voor deze week heb ik een aantal repen uit één van de historische chocoladeplekken.
Het is krap 170 jaar geleden dat de chocoladereep als eetbaar snoepgoed op de markt kwam. Als drank was deze lekkernij al duizenden jaren lang onder ons, maar de eer van de eerste repen gaat naar Engeland. Al vrij snel na de introductie van de reep door de firma Fry vestigde zich het merk Rowntree in het plaatsje York, waar tot op de dag van vandaag cacaoindustrie is en dat zich ook als chocoladestad presenteert. Wie dit plaatsje bezoekt kan daar nog steeds chocoladetours boeken en chocolademakers bezoeken.
Ik heb van mijn trouwe lezeres Esther een hele stapel uit dit plaatsje gekregen. Dus nu maar proeven.



Van York Cocoa Works heb ik de 85% en de 100% Colombian. Deze chocolademaakster is al wat langer bezig, maar dit merk heeft ze in 2011 in York opgericht.
Ik begin met de 85% reep. Dit blok is mooi glanzend en behoorlijk donker van kleur. Ik zeg bewust blok, want er zit één glad stuk chocolade in het pak zonder groeven om het te breken, wat dan ook niet zo makkelijk lukken wil. Wel krijg ik een harde krak te horen en is de breuk zo strak als glas. De geur is kruidig, zwarte peper komt naar voren. Neem daarna maar rustig de tijd, want smelten wil deze reep niet. Licht komt een beetje balsamicozuur opzetten, maar dan gaat het smelten los en is het plotseling cacaoboter die ik proef. Ja het blijft heel lang zelfs de cacaobotersmaak die overheerst. Tegen het einde proef ik nog wat koffie, maar ook niet meer. Het mondgevoel is koel ( smeltende boter geeft altijd een koelend effect af). Wel heb ik tot slot een zanderig gevoel tussen mijn tanden. Kennelijk is ervoor gekozen het concheren niet zolang te laten doorgaan dat de chocolade glad zou worden. Ik ben niet echt overdonderd door deze reep. Door naar de volgende.
Van dezelfde maakster de 100% Colombian. Hier komt zo'n zelfde soort blok uit de verpakking. De geur is scherp: hout met ananas gemengd en op de achtergrond tabak. Een bijzondere geur. Ook hier een goede krak bij het breken. Hoog zuur, zeer hoog zuur, wat is deze reep scherp zeg. Naar mijn mening schiet deze reep zijn doel voorbij want er is geen diepte in de smaak. Terwijl ik het stuk langzaam laat smelten dringt het besef zich op dat deze cacao te hard geroosterd is, verbrand dus. Jammer.
Wat bij York Cocoa niet vermeld stond was waar zij de bonen uit Colombia vandaan haalden. Bij de volgende repen staat dat wel vermeld, namelijk Casa Luker. Dit is een Colombiaans familiebedrijf dat een groot deel van de cacao uit dat land verwerkt of verhandelt. Zij zijn vooral bekend door hun couverture en nationaal door de chocolademelk die zij verkopen.
Zonder nou af te dwalen over deze ethisch handelende cacaoleverancier keer ik terug naar mijn reep. Op de verpakking van Cox&Co staat dus Casa Luker vermeld met daarbij twee regio's: Tumaco en Huila. Waarom zeur ik hierover? Wel, omdat voorop de verpakking staat "single origin, farm to bar cacao". Met deze titel wek je bij mij de indruk dat je ook weet van welke boerderij je bonen komen en dat wordt dus niet verder ingevuld. Het merk Cox&Co richt zich vooral op repen met superfood inclusions. Ik heb wat pure repen dus proeven maar.
Ook hier heb ik een 85% Colombian met cacao nibs en een 100% Colombian zonder nibs. De 85% is een dunne reep die makkelijk breekt en daarbij een doffe krak laat horen. De glans ik okay en de geur vrij fris, ik ruik vreemd genoeg yoghurt met bosbessen. Ook de smaak is opvallend fris. Al geven de nibs toch duidelijk een gebrande koffiesmaak, de basis smaak van deze reep heeft iets kinderlijks over zich van fruit. Lekkere rooie besjes, frambozen, maar het schiet toch een beetje door naar de kant van zogenaamd gezond snoepgoed. In de nasmaak komt pas een uitgesproken mokkasmaak naar voren. Een vreemde reep, niet onaangenaam, maar geen favoriet.
De 100% dan. Na een goeie strakke krak hou ik een stukje in mijn handen dat ruikt naar ontbijtkoek. Het heeft het kruidige, het roosteraroma, alleen de zoetigheid ontbreekt. Deze chocolade smelt lekker rustig en geeft zo'n heerlijk dikke crème in je mond. De smaak trekt naar het bittere van kruidnagel, maar heeft toch ook kaneel in zich. Astringent is de bijnaam die je deze reep wel moet geven. Natuurlijk zit er in deze 100% reep ook weer een zure toon, maar die laat zich door de andere smaken langzaam wegdrukken en je blijft achter met een zeer droge mond en het gevoel van voldoening. De smaak die daarbij hoort is die van chocolade: vol maar niet agressief. Voor de liefhebbers een mooie 100%.
Tot slot heb ik nog van Monk Bar Chocolatiers uit York (waarvan ik geen website kan vinden) een 85% Casa Luker reep. (Jawel, zij gebruiken dus dezelfde cacaoleverancier) Leuk om te vergelijken met de vorige. Echter deze reep heeft dezelfde blokvorm als die van York Cocoa Works en dat brengt mij dan weer aan het twijfelen.  Duidelijk donkerder gekleurd dan de andere 85% repen hierboven en  ook veel zoeter ruikend breek ik een stuk af. De krak is goed helder, maar na het breken blijkt de reep uit twee lagen te bestaan die van elkaar afvallen. Of dat zo bedoeld is, of dat slecht gevulde mallen bijgevuld zijn? In ieder geval glanst hij als een spiegeltje. Vrij vlot smelt deze chocolade weg en geeft mij een rare zoetheid en een wel zeer bloemig vanille-aroma. Naar mijn mening heeft deze maker het een of ander toegevoegd om dit aroma te krijgen. Vanilline?  Omdat er verder geen ingrediëntenlijstje op de verpakking zit heb ik zo mijn twijfels. Met de nasmaak van een bittere espresso formuleer ik die twijfels als volgt:
Werken deze verschillende makers samen en waarom schrijven ze dat niet gewoon op hun repen? Misschien is het toeval, maar waar komt de verbinding van de Yorkse chocolademakers met Colombia en in het bijzonder Casa Luker vandaan?  Transparantie is echt een goed verkoopargument, dus geef je klanten volledige openheid van zaken.
York is dan wel een historische chocoladeplek, ik blijf met wat vragen zitten.

Er zijn dus heel veel plaatsen en data die je aan de geschiedenis van chocolade kunt koppelen.
Voor mij maakt het niet uit waar je welke chocoladedag viert.
Elke dag is Wereld Chocoladedag zolang je maar chocolade eet.




Reacties

Populaire posts van deze blog

Marketing en strategie

Choco-praat: Wouter Tjeertes, vijf jaar Pure Chocolate

Craft Chocolate Cuba of het versprinngend perspectief